Procedureel betrekking hebbende op artikel 35 RvO
Naam lid van de Raad: Erwin Versteeg
Fractie: Groep Versteeg
Datum: 1-5-2019
Datum van beantwoording (3 weken na ontvangst): 3 juni 2019
Onderwerp: bronscheiding en nascheiding
Zoals in de jaarkalender staat te lezen wordt het afvalbeleid in het 4e kwartaal van 2019 besproken. Voor Groep Versteeg / Verbindend Rechts daarom nu het moment om alvast een en ander verduidelijkt te krijgen.
Bij afvalbeheer wordt onderscheidt gemaakt in:
A) Bronscheiding
B) Na-scheiding
De discussie bronscheiding (bij de inwoners) na-scheiding (bij de verwerker) in Enschede zal ook eind 2019 plaatsvinden.
In Enschede is hebben we sinds 2016 gekozen voor nieuw afvalbeleid. Doel is daarbij om in 2030 te komen tot maximaal 50 kilo per persoon per jaar. Op dit doel staan geen sancties. Er is naast een grote daling van het restafval wel een grote stijging van het afvaldump. Dagblad Tubantia heeft daar over gepubliceerd dd 23-4-2019 Daaruit blijkt dat de kosten daarvan inmiddels zijn opgelopen tot € 693.000,- per jaar.
Als in Enschede wordt gekozen voor een extra container voor plastic afval zal dit (op basis kosten papier container) zo’n 1 miljoen euro gaan kosten. Een andere mogelijkheid is ‘omgekeerd inzamelen’ waarbij de inwoners bijvoorbeeld een keuze krijgen de restafval container of de GFT container in te ruilen voor de nieuwe plastic verpakking container.
Het afval in Enschede wordt ophaalt door Twente Milieu. Twente Milieu levert het afval aan bij Twence waar het wordt verbrand. De gemeente wil dat in 2030 minstens 12 procent van het totale energieverbruik duurzaam is opgewekt en in 2050 zelfs 27 procent. Enschede bezit 24% van de aandelen in Twence . Enschede is contractueel gebonden tot 1 juli 2022 om het huishoudelijk restafval en GFT aan Twence te leveren.
Twence investeert om ‘Energie uit hernieuwbare bronnen’ te halen. Voor de verbranding van ‘afval’ is het daarom een noodzaak om dit afval te ontdoen van alle hernieuwbare elementen. Daarbij levert de verbranding zelf ook energie op. Voor het rendement van Twence is een maximale bezetting van de verbrandingsovens een noodzaak. Doordat, los van de Brexit, het contract met het Verenigd Koninkrijk afloopt per 2020 komt de bezetting van de verbrandingsovens mogelijk ook onder druk te staan. Twence heeft aangegeven niet in een na-scheid-installatie te willen investeren.
Groep Versteeg heeft op basis daarvan de volgende vragen:
Vraag 1:
Kloppen bovenstaande uitgangspunten en gegevens? Zo nee wat is er dan niet juist?
Antwoord
Een aantal uitgangspunten en gegevens zijn niet juist of behoeven een nuancering.
De Raad heeft naar aanleiding van de evaluatie van diftar (besluit 18 maart 2018) opdracht gegeven een onderzoek te doen naar de haalbaarheid van een keuzemodel waarbij huishoudens het aantal en grootte van de inzamelmiddelen voor restafval, gft-afval, oud papier en verpakkingen zelf kunnen kiezen. Zij heeft hierbij ook aangegeven dat zij een advies wenst over de invoering van omgekeerd inzamelen. De Raad heeft hierbij geen opdracht gegeven om bronscheiding versus nascheiding ter discussie te stellen (Raadsvoorstel 1).
Omdat we zien dat nascheiding een steeds terugkerende vraag is, is het bureau IPR Normag gevraag een onderzoek te doen naar verschillende scenario’s waarbij verpakkingen achteraf uit het huishoudelijk restafval worden nagescheiden. Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat wij in Enschede met diftar en de vervolgstappen die we kunnen nemen, op de goede koers zitten om onze doelstellingen te halen. Deze onderzoeksresultaten zijn met u gedeeld in het randprogramma op 15 oktober 2018 ( zie bijlage 2 en 3 voor publiekversie en het volledig onderzoek, IPR Normag, 25 juni 2018, Gemeente Enschede, ‘Verkenning toekomstscenario’s huishoudelijk afval- en grondstoffenbeheer).
Het klopt dat de kosten die gepaard gaan bij het inzameling van illegale stort en bijplaatsingen en de handhaving fluctueren. De reguliere inzet van handhaving bedraagt 202.500,- euro per jaar. Bij de invoering van diftar is gekozen voor een extra inzet van 2 fte handhaving voor een periode van drie jaar (106.000 euro per jaar). Deze extra inzet van handhaving richt zich met name op plekken waar veel illegaal bijgeplaatst wordt.
De kosten voor inzameling van illegale stort en bijplaatsingen die apart door Twente Milieu Milieu bij ons in rekening worden gebracht, kent de laatste drie jaar het volgende verloop:
– 2016: 286.989,- euro
– 2017: 423.772,- euro
– 2018: 385.221,- euro
We zien dat deze kostenpost voor de inzameling van illegale stort en bijplaatsingen fluctueert.. Met betrekking tot de ingezamelde hoeveelheden zijn geen gegevens beschikbaar. De totale hoeveelheid wordt niet apart gewogen. Ook wordt een deel van het bijgeplaatste afval meegenomen met de inzamelwagen die dat afval inzamelt (reguliere inzameling). Wel zijn er steekproeven gedaan door Twente Milieu. De uitkomsten hiervan worden meegenomen in de evaluatie van de maatregelen illegale stort en bijplaatsingen die in het najaar aan de Raad worden voorgelegd (Raadsvoorstel 2).
De veronderstelling dat een extra container voor verpakkingen afval 1 miljoen euro extra bedraagt, kunnen wij niet onderschrijven. Zoals vermeld, vindt op dit moment een haalbaarheidsonderzoek plaats waarin de invoering van een verpakkingencontainer onderdeel van uitmaakt en wordt doorgerekend (Raadsvoorstel 1).
In het najaar van dit jaar worden drie voorstellen aan de raad voorgelegd ter besluitvorming:
1. Voorstel keuzemodel minicontainers bij laagbouw (haalbaarheidsonderzoek keuzemodel)
2. Evaluatie Maatregelen Illegale stort en bijplaatsingen
3. Gescheiden inzameling van GFE bij hoogbouw
Vraag 2:
Een van de oorzaken van het rommelig straatbeeld is onder meer plastic afval dat te vroeg aan straat wordt gezet evenals het foutief gebruik van de milieupleinen. Deelt u die mening of ziet u nog een ander patroon?
Antwoord
Het apart ingezamelde verpakkingenafval is gedurende 2017 meer dan verdubbeld. Deze stijging van de hoeveelheid verpakkingenafval was toen niet voorzien en leidde op veel plekken (vooral bij hoogbouw) tot het foutief aanbieden van dit afval. Dit had een groot effect op de beleving van de openbare ruimte. Sinds het voorjaar 2017 zijn diverse maatregelen ingezet om bijplaatsingen van verpakkingenafval tegen te gaan. O.a. is bij hoogbouw het haalsysteem waarbij losse zakken twee wekelijks werden ingezameld, gewijzigd naar een 24/7 brengsysteem. We zien dat er minder verpakkingenafval foutief wordt aangeboden.
Vraag 3
De inzameling en recycling van huishoudelijk verpakkingsafval wordt vergoed door het verpakkende bedrijfsleven. Dit wordt gedaan op basis van de 10-jaar durende afspraken die in 2023 ten einde lopen. Nu hebben de VNG en het ministerie van Infrastructuur en Milieu zich in 2018 al teruggetrokken uit het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken. Gaat dit leiden tot minder vergoeding door het verpakkende bedrijfsleven?
Antwoord
Het KIDV wordt bekostigd uit het Afvalfonds Verpakkingen, dit fonds int de afvalbeheersbijdrage verpakkingen. Het Afvalfonds Verpakkingen heeft diverse activiteiten belegd bij verschillende organisaties waaronder het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken. Het KIDV, waar vnl. experts inzitten, geeft bedrijven advies over het verduurzamen van hun verpakkingen.
De verplichtingen van het verpakkende bedrijfsleven staan in het Besluit beheer verpakkingen 2014. De afspraken tussen het verpakkend bedrijfsleven, gemeenten (VNG) en rijksoverheid, en de doelen die hieruit voortkomen, liggen vast in de Raamovereenkomst. Ook de taken en doelen van het Afvalfonds Verpakkingen komen voort uit de Raamovereenkomst. De VNG, de Rijksoverheid en het verpakkend bedrijfsleven zijn hierin vertegenwoordigd.
De Raamovereenkomst geldt tot en met 2022. Voor de periode van 2020 t/m 2022 moeten er nieuwe afspraken worden gemaakt ten aanzien van de uit te keren vergoedingen. De betrokken partijen (Kabinet, verpakkende bedrijfsleven, VNG en NVRD) zijn hierover nog in onderhandeling.
Vraag 4
In aanvulling op de vergoedingen voor ingezameld en gerecycled verpakkingsafval, komt een gemeente ook in aanmerking voor Zwerfafvalvergoeding. Maakt de gemeente Enschede hier aanspraak op?
Antwoord
Ja, wij ontvangen voor ons ingediende plan een vergoeding. Eén van de onderdelen van het ingediende plan is de lopende aanpak van illegale bijplaatsingen bij ondergrondse containers en milieupleintjes (hotspot-aanpak).
Vraag 5
De maximale bezetting van de verbrandingsovens bij Twence zorgen deels voor een optimaal rendement op de investering. Wat is de consequentie voor de aandeelhouders (en dus ook voor Enschede) in financieel opzicht indien de bezetting lager wordt?
Antwoord
Van een lagere bezetting van de verbrandingsoven is geen sprake. Dankzij de beschikbaarheid van voldoende brandbaar restafval kan Twence aan die verplichting blijven voldoen. Hiervoor zijn veelal langjarige contracten afgesloten. Het aanbod van brandbaar restafval neemt gestaag toe.
Vraag 6:
Is een lagere bezetting bij Twence ook van invloed op onze duurzaamheidsopgave.
Antwoord
Zoals vermeld in vraag 5 is van een lagere bezetting van de verbrandingsoven geen sprake.
Vraag 7:
Ziet de gemeente Enschede, als grootaandeelhouder van Twence, ook een verantwoordelijkheid bij Twence om maximaal rendement op de investering te realiseren?
Antwoord
In overleg tussen de aandeelhouders en Twence kan een afgewogen keuze worden gemaakt in financieel rendement, milieurendement en maatschappelijk rendement. Van Twence mag verwacht worden dat zij zich inspannen om een voor de aandeelhouders zo goed mogelijk rendement te realiseren.
Vraag 8:
Leidt daarom minder kilo’s aanleveren bij Twence tot hogere kosten per kilo als we het rendement op de investering meenemen?
Antwoord
Twence draagt er zorg voor dat de energiecentrales op vollast (maximale technische belasting) draaien. Indien er minder restafval door de gemeente Enschede wordt aangeleverd, wordt dit vervangen door ander restafval. Dit heeft in principe dus geen effect op de kosten.
Vraag 9:
Als alle aandeelhouders dus zorgen voor minder aanlevering van restafval en dus de bezetting lager wordt, wat zijn dan de financiële gevolgen, rekening houdend met een lager rendement op de investering?
Antwoord
Indien de aandeelhouders van Twence minder restafval aanleveren, zorgt Twence ervoor dat dit vervangen wordt door restafval van andere partijen. Er is derhalve geen sprake van een lager rendement op de investering.
Vraag 10:
Hebben wij als grootaandeelhouder van Twence een beeld van de te verwachten investeringen in Twence de komende 5 jaar? En zo ja hoe hoog zijn die? Zo nee, wordt dan niet geïnvesteerd?
Antwoord
De initiatieven van Twence worden actief gedeeld met de aandeelhouders.
Op dit moment zijn er meerdere strategische projecten bij Twence in onderzoek, zoals de afvang van CO2, de levering van energie aan Grolsch en warmtelevering aan het stedelijk gebied. Majeure investeringen worden besproken met de klankbord groep, waarin aandeelhouders zijn vertegenwoordigd.
Vraag 11:
In 2018 heeft Twence de tarieven verlaagt van € 116,39 per 1000 kilo naar € 70,- per 1000 kilo afval. De tarieven voor afvalstoffenheffing zijn echter niet gedaald. Wat is hiervan de reden?
Antwoord
In 2017 is de kostenpost onvoorzien aangesproken, zie ook hoofdstuk 10 van de evaluatie diftar-resultaten na 1 jaar (zie bijlage 4: rapport ‘Evaluatie diftar-resultaten na 1 jaar) . Om kostendekkenheid na te streven is het (variabele) tarief van de afvalstoffenheffing in 2018 gelijk gehouden.
Vraag 12:
Zijn de kosten voor het verbranden van afval bij Twence marktconform en waarmee is dat vergeleken?
Antwoord
De verwerkingstarieven voor brandbaar restafval zijn in lijn met de tarieven die gangbaar zijn in de Nederlandse markt voor restafval met een vergelijkbare kwaliteit.
Vraag 13:
Twence heeft afspraken gemaakt met Münster over het na-scheiden. Heeft dat betrekking op de proef die wij als gemeente Enschede nemen of hebben wij apart afspraken gemaakt over het na-scheiden en zo ja met wie?
Antwoord
Twence heeft geen afspraken gemaakt met Münster over de nascheiding van huishoudelijk restafval. Zoals al duidelijk geworden bij vraag 1 zijn er door ons geen proeven op het gebied van nascheiding geïnitieerd.
Vraag 14:
Het overstappen op na-scheiding zal geen extra kosten met zich mee brengen. De (ondergrondse) containers voor plasticafval worden dan verwijderd. Plastic en kunststof gaat dan als vanouds weer samen met het restafval in de grijze container en wordt later machinaal gescheiden. Komt daardoor het gescheiden inzamelen van gft, papier, glas en textiel niet ter discussie?
Antwoord
Uit het onderzoek uitgevoerd door IPR Normag (zie bijlage 2 en 3) blijkt dat nascheiding duurder is dan bronscheiding en met nascheiding een minder goed milieuresultaat wordt bereikt.
Vraag 15:
Er zijn verschillende aandeelhouders van Twence die willen na-scheiden. Is bekend wat de afweging is voor de aandeelhouders en hebben wij een kosten – baten plaatje van de beide opties? Is dan daarbij dan wel rekening gehouden met de oplopende kosten afvaldump, de nieuwe investeringen van de containers, de vervanging van de containers, de stijgende verbrandingskosten per ton i.v.m. slechte scheiden bij de bron, de te verwachten lagere vergoeding door slechte scheiden bij de bron?
Antwoord
Er is op dit moment geen breed gedragen wens bij de aandeelhouders om nascheiden van huishoudelijk restafval te onderzoeken.
Vraag 16:
Welke financiële voordelen zal afval scheiden bij de bron hebben?
Antwoord
Het scheiden van afval aan de bron heeft als financieel voordeel dat de kosten voor verwerking van de diverse gescheiden stromen aanzienlijk lager liggen of geld opleveren (zoals oud-papier en glas) dan de verwerking van restafval. Met de invoering van diftar zien we dit terug. De financiële voordelen vertalen zich naar lagere kosten voor de huishoudens die hun afval beter scheiden. De gemiddelde afvalstoffenheffing is met de invoering van diftar met gemiddeld 40 euro per huishouden per jaar gedaald.
Vraag 17:
Straten en wijken zijn moeilijk toegankelijk en zorgen veelvuldig voor oponthoud. Dit geld ook bij afval ophalen bij de milieupleinen. Wat is de consequentie voor het verkeer in wijken en straten bij een extra container?
Antwoord
Wij herkennen ons niet in de veronderstelling dat straten en wijken in Enschede moeilijk toegankelijk zijn en er veelvuldig oponthoud is.
Vraag 18:
De extra openbare verzamelplekken (milieuparken / ondergrondse containers) lijken de mensen meer in de verleiding te brengen deze te gebruiken als potentiële afvaldumplek. Ziet u dat ook zo?
Antwoord
Nee, dat zien wij niet zo. Er zijn zowel bij bovengrondse verzamelcontainers of ondergrondse verzamelcontainers plekken waar inderdaad illegaal wordt bijgeplaatst. We zien dat dit nog steeds uitzonderingen zijn op het grote geheel. Op veel plaatsen komen niet of nauwelijks illegale bijplaatsingen voor. Extra openbare verzamelplekken zoals milieupleintjes en ondergrondse containers op logische plekken zorgen voor een hoger serviceniveau en daarmee tot een betere afvalscheiding.
Vraag 19:
Indien we de overlast gevende openbare verzamelplekken in kaart brengen en vervolgens (op basis maximale inwonersparticipatie) deze openbare plekken alleen toegankelijk maken voor de directe buurtbewoners zou dit dan kunnen bijdragen aan oplossen afvaldump?
Antwoord
Omdat het oplossen van bijplaatsingen maatwerk is en afhankelijk van de achterliggende motieven en weerstanden bij inwoners, zal ook de oplossing (gedragsinterventie) per locatie anders kunnen uitpakken. Wij zijn samen met een adviesbureau voor gedragspsychologie bij 25 hotspotlocaties aan het onderzoeken welke gedragsinterventies we kunnen inzetten om de bijplaatsingen te verminderen. De openbare ondergrondse containerlocaties alleen toegankelijk maken voor de directe buurtbewoners kan een mogelijke gedragsinterventie zijn.
Vraag 20:
We hebben in Enschede ondanks alle inzet van de afgelopen jaren nog steeds meer mensen in de bijstand. Particulier afval is een nu nog een alleen recht voor Twente Milieu. Voor welke periode is dit nog? En is dit voor alle particuliere afvalstromen?
Antwoord
Via de Afvalstoffenverordening is Twente Milieu, waar de gemeente Enschede aandeelhouder van is, aangewezen als inzamelaar van nagenoeg al het huishoudelijk afval. Hiermee wordt de continuïteit van de inzameling van renderende én niet renderende huishoudelijke afvalstromen gewaarborgd. De periode dat Twente Milieu aangewezen is als inzamelaar van huishoudelijk afval, is onbepaald.
Vraag 21:
Is en een specificatie van de kosten voor het opruimen drugsdump?
Antwoord
De kosten voor het opruimen van drugsdump kunnen erg fluctueren per jaar. Zo waren er in 2018 twee grote dumpingen waarbij de opruimkosten opliepen tot 75.000 euro. In 2019 hebben we nog geen drugsdumpingen gehad waarmee hoge kosten zijn gemoeid. Wel komt handhaving af en toe vuilniszakken hennepafval tegen die door Twente Milieu worden opgehaald.
Vraag 22:
Zou een betere (goedkopere) service voor ophalen/wegbrengen van grofvuil door particulieren kunnen bijdragen in verminderen grof-afval-dump (ook in buitengebied)? Is dit wellicht niet een prima businesscase voor bedrijven, waarbij ze middels een proeftraject ook mensen uit de bijstand aan het werk krijgen?
Antwoord
Twente Milieu geeft aan dat hun beeld is dat (grof) afval in het buitengebied niet is toegenomen.
Het voorrijtarief voor het ophalen van grof afval is verlaagd naar € 20,- Dit is één van de maatregelen die de raad heeft genomen tegen illegale stort en bijplaatsingen. Deze maatregel maakt onderdeel uit van het pakket aan maatregelen wat is genomen tegen illegale stort en bijplaatsingen. Dit pakket aan maatregelen tegen illegale stort en bijplaatsingen wordt geëvalueerd (Raadsvoorstel 2).
Twente Milieu richt zich op sociaal verantwoordelijk ondernemen door actief mensen met afstand tot de arbeidsmarkt een werkplek te bieden. Hiervoor loopt een samenwerking met Startpunt. Dit is een leer- en werkbedrijf van Twente Milieu waar mensen met afstand tot de arbeidsmarkt een opleiding en werk aangeboden worden. Hier krijgen zij voor de periode van een jaar tijdens het leerproces in een veilige omgeving de mogelijkheid een baan te zoeken die bij ze past (in sommige gevallen ook bij Twente Milieu zelf).
Vraag 23:
Voldoet de gemeente Enschede ook bij na-scheiden voldoende aan de eigen richtlijnen: zorgplicht, verduurzaming en VANG (Van Afval Naar Grondstof)?
Antwoord
Zie antwoord op vraag 1. Uit de resultaten van het onderzoek van IPR Normag volgt dat met nascheiding de Twentse en daarmee door de Raad omarmde ambities niet gehaald worden. In dit kader leggen wij u dan ook in het najaar drie voorstellen voor.