Voorwaarden vooraf? Dat is de breuk
Burgemeester Postma zegt [ 1 ] [ 2 ] graag met inwoners in gesprek te willen — maar niet zolang er voorwaarden vooraf worden gesteld. Die ene zin legt pijnlijk precies bloot waar het in Tubbergen, Albergen en inmiddels in heel Nederland misgaat.
Want wat zegt dit anders dan: wij praten pas als u zich schikt?
Een gemeenschap die zich al jaren niet gehoord voelt, wordt opnieuw verteld dat haar voorwaarden ongewenst zijn. Terwijl we leven in een democratie die juist gebouwd is op het idee dat burgers vertegenwoordigers kiezen die namens hén spreken. Niet om zich na verkiezingen terug te trekken in bestuurskamers, maar om verantwoordelijkheid te dragen voor besluiten die diep ingrijpen in het lokale leven.
In Albergen zagen we hoe dat misging: geen gesprek, geen open afweging, maar vier ingehuurde advocaten tegenover inwoners. Bestuur op afstand. Juridisering in plaats van vertegenwoordiging. Dat is geen dialoog, dat is ontwijken.
Schijnparticipatie is geen democratie
Wat hier zichtbaar wordt, is geen incident maar een patroon. Participatie wordt pas toegestaan als het niets meer te kiezen valt. Meepraten over de kleur van de stoep, terwijl de wijk al is ingetekend. Precies zoals de Nationale ombudsman zelf vaststelt: inspraak wordt ingezet om draagvlak te organiseren voor besluiten die al vaststaan.
Dat is geen betrokkenheid, dat is normalisering van machteloosheid.
En ja, bestuurders ervaren toenemende agressie en bedreigingen. Dat is verwerpelijk en nooit acceptabel. Maar het is wel nodig om eerlijk te zijn over de oorzaak. Onveiligheid ontstaat niet in een vacuüm. Zij groeit waar mensen structureel ervaren dat hun stem er niet toe doet, dat beslissingen over hun leefomgeving boven hun hoofd worden genomen en dat bezwaar gelijkstaat aan lastig zijn.
Faciliteren is afschuiven
De ombudsman pleit voor spreiding. Maar spreiding verandert niets aan de kern van het probleem. Het tekent slechts de tweede stad over meerdere gemeenten uit. Elke nieuwe AZC-locatie, hoe zorgvuldig ook ‘ingepast’, bevestigt een systeem dat geen perspectief biedt op integratie én geen effectieve terugkeer organiseert.
Gemeenten worden zo uitvoerders van landelijk falend beleid. Ze faciliteren, normaliseren en dragen de gevolgen — sociaal, financieel en bestuurlijk — terwijl echte keuzes worden uitgesteld.
Dit is geen solidariteit. Dit is bestuurlijke zelfopheffing.
Politieke moed is stoppen, niet managen
We zijn verstrikt geraakt in een cultuur van uitstel en afschuiven. Waar verantwoordelijkheid nodig is, verschuilt men zich achter wetten, processen en “het Rijk”. Waar richting nodig is, ontstaat verwarring. En ondertussen blijft het systeem zichzelf reproduceren.
Wie werkelijk het vertrouwen wil herstellen, begint niet bij nóg een gesprek onder voorwaarden. Die begint bij een principiële keuze: stop met het faciliteren van een vastgelopen asielstelsel. Geen uitbreiding, geen normalisering, geen tweede stad.
Zolang die keuze niet wordt gemaakt, blijft elk gesprek leeg — en elk herstel van vertrouwen een belofte zonder fundament.
Geef een reactie