Over waterhuishouding in Overijssel
Van vergiet naar spons – gezond verstand als basis voor waterbeheer

Overijssel is van oudsher een provincie van beken, riviertjes en natte gronden. Maar vandaag kampen we met een dubbele realiteit: wateroverlast én verdroging. Ook vandaag weer een artikel. Kelders staan onder water in Losser, kruipruimtes zijn doorweekt in Glane en akkers drogen uit in de zomer. De problemen in Enschede zijn bekend.

Hoe is dat mogelijk in een waterrijk land als het onze?

Omdat ons watersysteem jarenlang is ingericht op het afvoeren van waterafvoeren van water, zonder oog voor natuurlijke balans.

Decennialang zijn beken rechtgetrokken, sloten gedempt, landbouwgronden gedraineerd en steden volgestort met steen en asfalt. Water kreeg geen kans om te infiltreren – het werd afgevoerd, linea recta naar het riool of de zee. Nu zien we de gevolgen: in natte jaren staan woningen blank, in droge zomers schreeuwt de natuur om water. Dat is geen natuurverschijnsel, maar een bestuurlijke fout.

Water vasthouden is goed – tenzij mensen natte voeten krijgen

BVNL pleit voor een omslag in het denken: van afvoer naar vasthouden. Nederland moet weer een spons worden – geen vergiet. Maar die sponsfunctie moet wel verstandig worden toegepast. Water vasthouden is geen doel op zich. Het mag nooit leiden tot schimmel in woningen, verrotte kruipruimtes of ziekmakende leefomstandigheden – zoals nu gebeurt in delen van Twente en het Vechtdal.

Dan slaat duurzaam beleid om in onverantwoord beleid.

Bestuurders van waterschappen en gemeenten moeten daarom niet alleen kijken naar kaarten en modellen, maar luisteren naar inwoners. Wie honderden liters water per dag uit zijn kelder pompt, verdient geen klimaatexcuus, maar een oplossing.

Droogtebestrijding en natuurontwikkeling mogen nooit een vrijbrief zijn voor het vernatten van woonwijken of veen gebieden met als doel het uitbreiden natura 2000 gebiedenuitbreiden natura 2000 gebieden.

Ruimte voor boeren en burgers – niet voor blauwdrukken van bovenaf

BVNL ziet waterbeheer als een lokale verantwoordelijkheid die vraagt om maatwerk, geen centrale sturing vanuit Den Haag of Brussel. Boeren, gemeenten en waterschappen weten zelf het beste wat werkt in hun omgeving. Geef hen de ruimte om slimme oplossingen te kiezen – geen opgelegd beleid gebaseerd op abstracte doelstellingen.

Voorbeelden van praktisch beleid in Overijssel:

  • Herstel van natuurlijke beken, zonder woonwijken te vernatten.
  • Beperken van verharding in steden, dorpen en bedrijventerreinen.
  • Stimuleren van waterinfiltratie via bermen, sloten en groenstroken.
  • Hergebruik van water in landbouw, industrie en gemeentelijk groenbeheer.
  • Stoppen met de afwenteling van beleidsschade op burgers – stel een schadefonds in voor gedupeerden.

Van klimaatpaniek naar boerenverstand

Het waterprobleem in Overijssel is niet het gevolg van klimaatverandering, maar van verkeerd beleid.

Te veel instanties, te weinig coördinatie en nauwelijks aanspreekbaarheid omdat er een ideologische agenda moet worden gevolgd. Inwoners worden van het kastje naar de muur gestuurd terwijl hun leefomgeving letterlijk wegzakt. Dat moet anders.

Ook over waterhuishouding in Overijssel kiest BVNL voor praktisch waterbeheer met gezond verstand. Geen klimaatpaniek, maar logisch beleid. Water hoort in de natuur, op het land, en in tijden van droogte – maar niet in de kelder van een rijtjeshuis. Waterbeheer moet de leefomgeving versterken, niet ondermijnen.

Boeren, burgers en buitenlui weten heel goed hoe dat kan – mits ze de ruimte krijgen.

In het belang van Nederland
Overijssel voorop, vooruit!